Dag 7/8 – Yosemite in de reprise

Dag 7

We nemen afscheid van de zeeleeuwen in San Francisco

Even twee dagen in 1, om even wat in te halen. Dag 7 stond sowieso in het teken van de rit naar Yosemite National Park, waar we 3 nachten zullen kamperen. We verlaten dus San Francisco weer, een stad waar ik steeds meer een gevoel bij krijg dat ik er wel zou kunnen wonen. Centen-technisch gezien, moet ik dan wel eerst de loterij winnen, want er gaat hier maar weinig onder het miljoen weg. Toch, de sfeer is er goed, het is niet New York-druk en met de stadsparken, maar ook zeker de prachtige natuur net buiten de stad, snap ik dat mensen hier wel wat geld voor willen neertellen, al kan ik me voorstellen dat als je hier in december loopt, dat je er totaal anders over kunt denken.

We rijden dus de stad uit en doen, als we net de brug over zijn, in de buurt van San Leandro inkopen. Er moet voor nog 2 dagen voer ingekocht worden, vandaag is de voorspelling in Yosemite druilerig en koud, dus een mooi moment om de pastasaus die ik de laatste dag in Venice Beach heb gemaakt en ingevroren, soldaat te maken. Verder kopen we steaks en hamburgers voor op een houtvuurtje, voor de overige twee avonden. We kopen ook nieuwe bacon (voor bij de eieren), voor een kwart van de prijs als bij de Whole Foods.

Het is zowaar mooi weer in en buiten San Francisco, de gure wind is gaan liggen en de zon straalt, al snel is het buiten dan ook 23 graden en erg aangenaam. We vullen de koelbox, storten er een grote zak ijs overheen en gaan er met vol vertrouwen vanuit dat we hiermee weer zeker een dag al het bederfelijke waar, en, niet minder belangrijk, het bier koud kunnen houden. Nog altijd is de kleine koelbox voor het eten en zit de grote koelbox vol met al het drinken wat we hebben.

Vlak voordat we Yosemite inrijden, gooien we de tank van de Durango vol, tegen een nog enigszins schappelijke prijs. Een goede keus, want bij de laatste benzinepomp voor het park, in Mariposa, knallen ze er een dollar op de gallon prijs.

De muziek dit jaar wordt verzorgd door mijn telefoon en Spotify. Vóór de vakantie heb ik hier de Top2000 van 2015 op gedownload, dus qua uren muziek zitten we voorlopig wel goed. We gooien de boel op shuffle en Spotify voorkomt dat we nummers 2 of nog vaker te horen krijgen. Maar man, man, er staat best een hoop bagger in de Top2000 zeg, dus zo nu en dan drukken we snel een nummertje door. Coldplay staat bij ons hoog op in de “Jeuk2000”, het is dus bijna vechten wie van ons twee de eer krijgt om deze door te drukken. Als bestuurder ben je in het voordeel, want je kunt gebruik maken van het knopje achter op het stuur.

We weten dat er heel veel neerslag is gevallen afgelopen winter, zo ook is het sneeuwpak wat in de bergen rondom Yosemite is gevallen van een recordhoogte. De laatste keer dat er zoveel is gevallen, is begin jaren 90 geweest. In het eerste concept van onze route, wilden we via Reno (Nevada) en de Tioga Pass de Yosemite Valley in, maar vanwege tijdsdruk en een extra dag San Francisco, hebben we dit geschrapt. Maar goed ook, want waar vorig jaar deze bergpass half mei alweer open was, zo is er dit jaar nog geen enkel zicht op wanneer de weg vrij is gemaakt van sneeuw. Via de website van National Park Services, kun je de updates lezen. Elk jaar, proberen ze in april de weg sneeuwvrij te maken. Dit doen ze vanuit twee kanten, Mono Lakes, ten oosten van de Sierra Nevada en vanuit het westen, net voorbij de Valley. Dit jaar moeten ze door een sneeuwlaag van meer dan 3 meter hoog heen werken, maar vanwege lawine gevaar, ligt dit werk inmiddels alweer een week stil. Men hoopt dit jaar begin juli klaar te kunnen zijn en het beschadigde wegdek te hebben gerepareerd. Vergis je niet, met lawines die elke winter daar gebeuren, worden enorme rotsblokken en nog grotere bomen meegesleurd. Het is dus een knap werkje.

Raging River

We komen het park dit jaar binnen, door langs de Merced rivier te rijden. We zien dan ook gelijk hoe bizar hoog het water staat, door het vele smeltwater. Het is een grote kolkende massa, de hele rivier is wit van uiteenspattend water op rotsblokken, de ultieme stroomversnelling.

Waar we vorig jaar nog konden meeliften op de Nationale Parken pas van onze buren, kopen we er dit jaar weer zelf 1. Met deze “America The Beautiful” pas, kun je voor 80 dollar vervolgens alle National Parks in. Of we het er dit jaar helemaal uithalen, weet ik nog niet, maar ik steun ze graag.

We krijgen het gebruikelijke krantje, met actuele informatie en een kaartje van de wegen en wandelroutes, als Mexico van de Zangeres Zonder Naam uit de boxen schalt. Ahja, dat staat er natuurlijk ook gewoon in, dus ik zing vrolijk mee.

Als we in de Valley rijden, zien we een bordje “Campground Reservations”, en hé, die hebben we. Dus we volgen de pijl, parkeren de auto en gaan in de rij staan. Als we 20 minuten staan te wachten, beginnen we te twijfelen of dit wel de bedoeling is. Er lijken voornamelijk mensen in de rij te staan, die hun geluk proberen te beproeven en last-minute nog een kampeerplekje proberen te bemachtigen. Wij hebben op 15 januari afgelopen jaar het geluk gehad dat we een plaats konden bemachtigen. Dit was eigenlijk meer een loterij, dat een reservering. We zaten met 3 computers ingelogd en moesten de seconden aftellen, totdat het exact 4 uur Nederlandse tijd was en precies op dat moment op “book now” te klikken. Slechts 1 van de 3 computers had beet, en in minder dan een seconde waren alle kampeerplaatsen voor het hele park uitverkocht.

Ons uitzicht die avond: Half-Dome

En inderdaad, als we na een goed half uur wachten aan de beurt zijn, blijkt dat we gewoon door hadden moeten rijden naar de Campground, maar de ranger vond het maar wat lief van ons dat we even gedag kwamen zeggen. Dus enthousiast zwaaiend, verlaten we het hutje en rijden door.

Het is nog altijd koud, maar we ruiken de BBQ’s om ons heen. No way dat ik vanavond pasta ga eten! Ik wil burgers en wel gegrild op een houtvuurtje, dus niet van de kolenbbq. Zo gezegd, zo gedaan. Ik gooi de laatste blokken hout op het vuur, en om 10 uur gooi ik een emmer water over dat wat er nog over. Om tien uur moeten namelijk alle vuren uit en dat is ook prima, want ik ben klaar voor de slaapzak.


Dag 8

Het was een redelijk koude nacht. Niet vrieskou, maar wel een graad of 7. Het is gelukkig wel een stille camping, want om half 8 heb ik nog niet heel veel geluid gehoord, niet van buren, niet van overijverige rangers die om 6 uur met 14 legertanks een weggetje glad proberen te rijden, zoals in Pismo Beach. Als we om 8 uur naar buiten kijken, zien we een helder blauwe lucht voor ons en probeert de zon over Half Dome te komen, om ons te kunnen verwarmen. Op dat moment is het nog altijd maar een graad of 12, maar het heeft alle potentie om, zoals ook de voorspellingen zeggen, naar de 25 graden te gaan. Afritsbroekenweer dus.

Tijdens het ontbijt bepalen we welke hike we vandaag gaan doen. Vorig jaar strandden we hopeloos op 3 kwart van de Upper Yosemite Falls hike, deze staat ook te boek als “heel erg zwaar”. Het was ook toen onze eerste serieuze wandeling van de vakantie, het kwik haalde toen de 30 graden en we hadden een hike waar we voor een groot deel, en zeker het laatste stuk wat we niet hebben gedaan, in de volle zon moesten lopen.

We gaan daarom dit keer niet voor een “heel erg zware”, maar een “behoorlijk zware” hike. Ik wil namelijk wel graag de hoogte in, want dat geeft de mooiste uitzichten over dit park. Het is de hike naar Glacier Point, ook wel de 4-mile trail genoemd. Waarom dat laatste, weet ik niet, want hij is eerder 5 mile lang, dan 4. Op deze hike moeten we wel verder de hoogte in dan vorig jaar, namelijk 1 kilometer. Wat we toen nog niet wisten, is dat we vanochtend, toen we voor het eerst vanuit onze tent naar buiten keken, we ook zicht hadden op ons uiteindelijke doel vandaag.

Ons doel voor vandaag, ligt vlak voor onze tent

En ingezoomd…

1 kilometer klimmen, dat is best veel, vorig jaar moesten we het na een meter of 600 opgeven. Het is dus “maar” 4,7 mijl lopen, dus een kleine 8 kilometer. Daarna moeten we dezelfde route wel terug lopen, dus 16 kilometer. Tel daar bij op dat we 5 kilometer hebben moeten lopen naar het beginpunt van de hike en 2 kilometer terug naar een shuttle bus, maakt het een pittig stukje wandelen, zelfs zonder de 1km op en 1km neer.

4 Mile Trail kaart

De hike begint gelijk goed, je loopt vanaf meter 1 direct omhoog. Wat het echter “makkelijker” maakt, ten opzichte van de hike van vorig jaar, is dat het vrijwel de hele route in hetzelfde percentage omhoog ging. Slechts een paar keer werd het even wat pittiger. Ook waren er bijna geen stukken waar je opeens weer naar beneden loopt, ook altijd een demotiverend idee, want je moet alles wat je weer naar beneden loopt ergens anders weer inhalen. Een ander voordeel vonden we dat er maar heel weinig traptreden waren, het ging gewoon omhoog. Punt.

Wat ook heel erg helpt, is dat het 10 uur is en dat eigenlijk de gehele wandeling omhoog in de schaduw was.

Als we omhoog lopen is het stil, althans, geen geluiden gemaakt door mensen of voertuigen. Het is ook vrijwel windstil en daarmee krijgt het bulderende geluid van de Yosemite Falls, vrij baan. En wat een geluid is dat zeg! Ik moet de foto’s van vorig jaar er nog op naslaan, maar het lijkt wel dat de hoeveelheid water dat deze waterval naar beneden laat donderen, dit jaar meer is dan vorig jaar. Vuurwerkgeluiden, maar ook voorbij denderende vrachtwagen, of het doormidden breken van de eeuwenoude en massieve Sequoia bomen en dat allemaal tegelijk. Wat een natuurgeweld.

Yosemite Falls

Hoe verder we naar boven lopen, hoe mooier het wordt. Zoals gezegd gaan we vanaf moment 1 al gelijk de hoogte in, dus na een half uur vinden we dat we al best hoog staan. Deze hike geeft eigenlijk een veel mooier beeld op de Yosemite Falls, dan de Yosemite Falls hike zelf. Ook krijg je al snel een prachtig overzicht van “El Portal”, de ingang die we gisteren via de weg hebben genomen. Op een gegeven moment doet elke meter pijn, al loopt Jolanda nog best lekker door. Waar we in het begin kort pauzeerden na 30 minuten klimmen, is dat tegen het einde elke 10 minuten, maar ik wil en moet de top halen. We hebben gelukkig ook geen enkele tijdsdruk en als we “straks” weer beneden zijn, dan hoeven we ook niets meer.

Na 2 uur en 3 kwartier zijn we boven. Een nette tijd, er staat 2 tot 3,5 uur aangegeven in alle blaadjes.

Uitzicht op Glacier Point van Half Dome en de Nevada waterval

We genieten van het uitzicht, we kunnen zelfs letterlijk onze tent zien staan, maar (helaas) velen met ons. Je kunt dit punt namelijk ook per auto bereiken en het staat bekend als een van de mooiste uitzichten van dit park. Het is dus druk, maar ik vind het eigenlijk nog wel meevallen. Ik ken de verhalen dat de hele Valley vast staat met auto’s, en dat je over hoofden heen moet lopen bij Glacier Point. Dat is nu absoluut niet het geval. Op onze route omhoog zijn we slechts een plukje mensen tegengekomen, en die haal je constant in, of laat je voorbij gaan, naargelang de pauzemomenten worden genomen. We kopen een ijsje en een flesje cola om onze suikers weer op peil te brengen en nemen deze route weer naar beneden. Het is inmiddels 4 uur later en de zon staat dus ook totaal anders. Dit geeft niet alleen andere uitzichten, maar voor de mensen die later zijn begonnen dan wij betekent dit dat ze de hele wandeling omhoog wél in de zon hebben moeten lopen. Een ander ding is, dat iemand de wind heeft aangezet. Daar waar wij de hele route alleen de waterval van kilometers verderop hebben gehoord, horen we deze bijna niet meer door de wind. Overigens, als je toch naar beneden gaat, verkoelt zo’n windje toch best lekker. Het loopt best prima naar beneden, maar met de 5 mijl en die kilometer omhoog in de benen, zouden we het halverwege niet erg vinden als dit het einde zou zijn.

Tent van 1 km gezien (bij dat blauwe vlekje, als je inzoomt)

Voordeel van naar beneden lopen, is dat je in het uitzicht kan zien hoever je nog naar beneden moet voordat je in de Valley bent, omhoog heb je eigenlijk geen idee. Als we op 3 kwart zijn, zien we 2 rangers, bewapend, naar boven stappen in een fors tempo. Dit is meestal geen goed teken. Als we worden ingehaald door een koppeltje, vragen ze of we ook die gekken met hand-guns naar boven hebben zien lopen. Ik denk voor heel even dat ze het over de rangers hebben, dus zeg ja, maar blijkbaar hebben zij andere heren gezien (niet-rangers) en lijkt het alsof de rangers hier achteraan gaan. Ik geef het ze wel te doen, hoor. Het is inmiddels 25+ graden, de hike ligt vol in de zon, en zij moeten “effe” naar boven lopen om wat gekkies te achterhalen.

We zijn redelijk gebroken als we eenmaal bij onze tent zijn en lopen met onze zere voetjes de Merced rivier in, die vlak achter onze tent stroomt. IJs en ijs koud, maar erg fijn.

We gaan in Half-dome Village (voorheen Curry Village) douchen om al dat zweet weg te spoelen… moeten we alleen we even 5 dollar p.p. voor neertellen. Wat je daar voor krijgt? Een handdoekje en een behoorlijk smerige douche, waar je ook nog eens op 4 man moet wachten voor je aan de beurt bent (let wel, het was 5 uur ’s middags, dus nog geen spitsuur).

Zoals gezegd zijn we klaar, moe, kapot, etc. etc. Dus warmen we toch nog de pastasaus op en zitten we aan ons kampvuurtje. Jolanda gaat om kwart over 9 naar bed, ik wacht tot het 10 uur is en ik het vuur moet uitmaken.

Volg ons op:

2 Antwoorden op “Dag 7/8 – Yosemite in de reprise”

  1. Sandra

    Ah, een topdag voor jullie met die hike!
    Die rangers zijn het natuurlijk wel gewend om die stukken te lopen, maar dan nog geef ik het ze te doen. Ben ik toch benieuwd wat die gekkies van plan waren of waren ze bang om een beer tegen te komen?!

    Oh, bah! Ik krijg meteen weer visioenen van die douches in Alaska waar het er uit zag alsof er moorden waren gepleegd!

  2. Monique

    Petje af, hoor voor die hike! Ik vond het al lastig om daar op een vlak stuk te lopen, haha!

Reacties zijn gesloten.